Lichter leven
De scholen zijn weer begonnen. Voor het eerst sinds zestien jaar zonder mij. Is dat erg? Nee, natuurlijk niet. Het was mijn eigen keuze om te stoppen, zoals ik er destijds ook zelf voor koos om uit de verpleging te stappen. Het zijn allebei zware beroepen. Niet fysiek zwaar, zoals bij bouwvakkers of stratenmakers, maar psychisch zwaar. Die zwaarte drukt, je gaat eronder gebukt. Voor even is dat niet erg. Je zoekt lichtheid in ontspanning en bij sociale contacten om zo de accu op te laden. En zolang dat lukt, heb je het mooiste beroep dat bestaat.
Verantwoorden en verantwoordelijkheid
In de verpleging draag je een grote verantwoordelijkheid voor zorg en welzijn van zieke mensen, je wordt regelmatig geconfronteerd met de dood (ook bij hele jonge kinderen), je draait onregelmatige diensten en werkt ook vaak tijdens de weekenden en feestdagen. Iedereen vindt het een mooi en nobel beroep, maar dat wordt nog steeds niet in een goed betaald salaris erkend. In het onderwijs heb je een hele andere verantwoordelijkheid. Als docent moet je voortdurend aan anderen verantwoording afleggen; aan leerlingen waarom ze een onvoldoende hebben gehaald, aan ouders waarom hun zoon/dochter niet overgaat, aan collega’s waarom je bepaalde zaken wel/niet wilt toetsen en aan leidinggevenden waarom je de cijfers nog niet hebt ingevoerd.
Erkenning en waardering
Mijn verpleegstersuniform hing ik aan de wilgen, omdat ik de onregelmatige werktijden niet langer wilde combineren met een jong gezin met drie opgroeiende kinderen. Helaas werd dit zware beroep niet gecompenseerd met een dijk van een salaris, dus mijn keuze was snel gemaakt. Als docent in de bovenbouw van het voortgezet onderwijs verdiende ik prima, maar het werk was nooit klaar. Er bleef altijd correctiewerk en administratief werk liggen; ook ’s avonds, tijdens vakanties en in de weekenden. Vermenigvuldig dit met het ontbreken van erkenning en respectloze bejegening. Dan is de optelsom eenvoudig. Voor mij was de uitkomst helder en opnieuw koos ik voor mezelf.