Opgeven en aanmoedigen
Ook dit jaar loopt het wandellegioen van de Nijmeegse Vierdaagse door onze straat. Het is ieder jaar weer een sfeervol en sportief evenement dat mensen verbindt en verbroedert. Jong en oud, getraind en ongetraind, met of zonder bepakking, alleen of als groep, nationaal en internationaal, vrijwilligers en beroeps. Het is de diversiteit van mensen, die vier dagen achter elkaar 30, 40 of 50 kilometer lopen, die deze wandeltocht zo speciaal en bijzonder maakt.
Aanmoediging en support
1991 was een jubileumjaar (75 jaar de 4Daagse) en dat jaar liep ik vier keer veertig kilometer. Vrijdags, de dag van de intocht, wandelde ik trots over de Via Gladiola. In die tijd werkte ik nog als verpleegkundige op een kinderchirurgische afdeling van het Radboudziekenhuis en collega’s hadden een paar patiëntjes met bed en al naar buiten gereden om mij vanaf de St. Annastraat aan te moedigen. Tussen twee papegaaien hing een spandoek met de tekst: ‘Op kamer 16 is nog een bed voor je vrij’. Maar van uitrusten was geen sprake; tegen de tijd dat ik de Scheidingsweg was gepasseerd, kreeg ik vleugels en dankzij de aanmoedigingen tot aan de finish op de Wedren, ging alles een beetje in een roes aan me voorbij.
Falen en balen
Omdat ik veel sportte in die tijd, verscheen ik een jaar eerder ongetraind aan de start. Dat was zwaar onderschat. ’s Woensdags moest ik, tijdens de Wijchense dag, halverwege stoppen. Opgeven is niet mijn sterkste eigenschap, maar het ging echt niet meer. Blaren zijn nog te behandelen en pijn kun je verdragen en verbijten, maar als je knieën niet meer buigen dan wordt wandelen wel erg ingewikkeld. Zeg maar onmogelijk. Ik baalde en het voelde als falen. Maanden later begon ik fanatiek te trainen. En geloof mij; daar is niet veel aan☹
De aanhouder wint
Maar, de aanhouder wint en het jaar daarop liep ik stukken beter. Na binnenkomst liet ik steeds mijn kuiten masseren door een van de vele (700!) vrijwilligers van het Rode Kruis en dat hielp. Elk dorp en elke vierdaagse dag heeft zo zijn eigen charme en de aanmoedigingen vanaf de kant zijn massaal en hartverwarmend.
De tweede dag, de dag van de meeste uitvallers, verliep vlot. Trots wandelde ik door mijn eigen straat en dorp. Donderdags echter liep ik door de stromende regen in Groesbeek en terwijl ik de Zeven Heuvelen ‘beklom’, sopten mijn sokken in m’n schoenen. Hier hield ik helaas blaren aan over. Maar ach, nog één dag en ik kreeg dan toch maar mooi het Vierdaagsekruisje opgespeld.